De Eerste Kamer stemde dinsdag 22 maart in met het initiatiefvoorstel van de Tweede Kamer, waarmee ook ongehuwde partners bij erkenning van een kind van rechtswege het gezamenlijke gezag kunnen krijgen. Het wetsvoorstel regelt dat ook ongehuwde partners bij erkenning van een kind van rechtswege gezamenlijk het gezag krijgen.

De initiatiefnemers vinden dat de samenlevingsvorm van ouders tegenwoordig te weinig zegt over de intentie tot een duurzame opvoedingsrelatie. Van Ginneken en Van Wijngaarden, die het wetsvoorstel namens de Tweede Kamer verdedigden, willen hiermee de belangen van het kind beter waarborgen; het onderscheid met betrekking tot het gezag tussen kinderen geboren uit gehuwde ouders of ongehuwde ouders wegnemen; de bepalingen beter laten aansluiten bij de behoefte van de veranderde samenleving en problemen wegnemen die door de huidige wetgeving worden veroorzaakt.

Hebben van gezamenlijk gezag betekent dat de belangrijke beslissingen over schoolkeuze, medische behandeling, vakanties, verhuizingen etc. gezamenlijk moeten worden genomen. Als de ouders het niet eens kunnen worden, kan het geschil worden voorgelegd aan de rechter.